De Voort Advocaten | Mediators - De Voort Advocaten | Mediators Toonaangevend advocatenkantoor gespecialiseerd in juridisch advies, procesbijstand en mediation voor ondernemingen, organisaties, overheden en particulieren. Onze ervaren specialisten blinken uit in strategisch inzicht, praktische oplossingen en heldere communicatie. Wij zetten ons in om samen met u uit te blinken en het beste resultaat te bereiken. Ontdek onze expertise en maatschappelijke betrokkenheid in de regio Tilburg. Fri, 04 Oct 2024 14:09:26 +0000 en-US hourly 1 https://wordpress.org/?v=6.1.7 https://devoort.nl/wp-content/uploads/2020/10/cropped-logo-de-voort-32x32.png De Voort Advocaten | Mediators - De Voort Advocaten | Mediators 32 32 Het afdwingen van verkoop in kort geding https://devoort.nl/en/uncategorized/het-afdwingen-van-verkoop-in-kort-geding/ Thu, 16 Mar 2023 16:23:50 +0000 https://devoort.nl/?p=8092 In situaties van (o.a.) echtscheiding komt het geregeld voor dat een van de partners niet wil meewerken aan de verkoop […]

Het bericht Het afdwingen van verkoop in kort geding verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
In situaties van (o.a.) echtscheiding komt het geregeld voor dat een van de partners niet wil meewerken aan de verkoop van de gezamenlijke woning, zelfs indien vaststaat dat hij/zij de woning niet alleen kan financieren en verkoop de enige reële optie is. Veelal gaat het om de echtgenoot die is achtergebleven in de woning. Rekening houdend met de (nog altijd) oververhitte woningmarkt en de historisch hoge koop- en huurprijzen, heeft de betreffende echtgenoot geen belang bij vlotte verkoop. Dit terwijl de ander hier nu juist wel belang bij heeft, bijvoorbeeld omdat hij/zij over zijn aandeel in de overwaarde wil kunnen beschikken.

Blijft één van de partners weigeren om medewerking te verlenen, dan kan de ander een procedure starten om deze medewerking af te dwingen. De vraag is of dit middels een spoedprocedure (een kort geding) kan. Hierover bestaat al jaren discussie. Rechters oordelen hier verschillend over, waardoor rechtszoekenden in de (juridische) praktijk niet weten waar ze aan toe zijn en het voor advocaten wel erg lastig adviseren is. In de regel oordelen de Gerechtshoven Den Haag en Den Bosch dat dit niet mogelijk is, terwijl de Gerechtshoven Amsterdam en Arnhem-Leeuwarden oordelen dat deze mogelijkheid wel bestaat. Biedt een spoedprocedure geen uitkomst, dan is men aangewezen op een zogenaamde bodemprocedure, waarvan de uitkomst vele maanden (of zelfs langer) op zich kan laten wachten.

Om een einde te maken aan deze (rechts)onzekerheid is er cassatie belang der wet ingesteld, hetgeen betekent dat de vraag of medewerking tot verkoop kan worden afgedwongen in een spoedprocedure, zal worden voorgelegd aan de hoogste rechter van Nederland: de Hoge Raad. Zijn oordeel zal worden gevolgd door de lagere rechters. De beslissing van de Hoge Raad wordt (standaard) vooraf gegaan door een juridisch advies (een conclusie) van de Advocaat Generaal. Dit advies verscheen op 25 januari 2023 en luidt bevestigend, inhoudende dat het mogelijk moet zijn om medewerking aan verkoop in kort geding te vorderen. Het advies kunt u hier teruglezen. In veruit de meeste gevallen volgt de Hoge Raad het advies van de Advocaat Generaal. Het is nu (in spanning) afwachten of dat in deze kwestie ook het geval zal zijn. Wij denken alvast van wel. 

Heeft u behoefte aan advies over de verdeling van een woning in (bijvoorbeeld) een echtscheidingssituatie, neem dan gerust contact met ons op voor advies.

Het bericht Het afdwingen van verkoop in kort geding verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Els Huisman treedt toe tot maatschap https://devoort.nl/en/uncategorized/samen-uitblinken-met-els-huisman/ Mon, 02 Jan 2023 11:05:52 +0000 https://devoort.nl/?p=7596 De Voort Advocaten | Mediators start 2023 met goed nieuws. Per 1 januari 2023 is Els Huisman toegetreden als partner. […]

Het bericht Els Huisman treedt toe tot maatschap verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
De Voort Advocaten | Mediators start 2023 met goed nieuws. Per 1 januari 2023 is Els Huisman toegetreden als partner. Els is al ruim 11 jaar als advocaat verbonden aan ons kantoor.

Els houdt zich bezig met kwesties waarbij de overheid en politieke besluiten een rol spelen. Dit doet zij zowel op het gebied van het ruimtelijk bestuursrecht als op het gebied van het medezeggenschapsrecht. Op het gebied van het ruimtelijke bestuursrecht richt zij zich op kwesties die zien op het verlenen of weigeren van een omgevingsvergunning, op het beoordelen van de (te wijzigen) bouw- of gebruiksmogelijkheden binnen een bestemmingsplan en op handhaving. Op het gebied van het medezeggenschapsrecht richt zij zich op de (semi) publieke sector en houdt zij zich bezig met zaken waarbij de overheid en politieke besluiten een rol spelen. Denk dan aan (complexe) verandertrajecten en reorganisaties. Els promoveert op (toepassing van) het primaat van de politiek binnen arbeidsverhoudingen in de publieke sector.

Els kijkt er naar uit om in haar nieuwe rol samen met al haar collega’s te blijven bouwen aan ons mooie kantoor.

Het bericht Els Huisman treedt toe tot maatschap verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Een val van 13 meter; Strafrecht en de... https://devoort.nl/en/uncategorized/strafbaar-feit-door-schending-van-de-werkgeverszorgplicht/ Mon, 01 Aug 2022 11:00:07 +0000 http://www.devout.nl/?p=6955 Dat een werkgever een verstrekkende zorgplicht heeft jegens haar werknemers is algemeen bekend. Als die zorgplicht wordt geschonden en een […]

Het bericht Een val van 13 meter; Strafrecht en de... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Dat een werkgever een verstrekkende zorgplicht heeft jegens haar werknemers is algemeen bekend. Als die zorgplicht wordt geschonden en een werknemer overkomt iets, dan leidt dat tot civiele aansprakelijkheid van de werkgever ten opzichte van de werknemer: de werkgever moet de schade van de werknemer vergoeden. De gevolgen van een schending van die zorgplicht kan echter ook andere gevolgen hebben. Zo werd op 7 maart 2022 een werkgever door de rechtbank Overijssel strafrechtelijk veroordeeld (ECLI:NL:RBOVE:2022:1172) vanwege een schending van de Arbeidsomstandighedenwet. Onze studentjuridisch medewerker, Pim van Kuijk, schreef naar aanleiding van dit vonnis een artikel voor Arbo-Online.nl over de vraag onder welke omstandigheden een bedrijf een strafbaar feit begaat door schending van de werkgeverszorgplicht.

Geïnteresseerd in hoe u voorkomt dat uw bedrijf een strafbaar feit begaat in het kader van bedrijfsongeval? Lees dan het volledige artikel van onze studentjuridisch medewerker Pim van Kuijk op Arbo-Online.nl.

Twijfelt u over de invulling van de werkgeverszorgplicht? Neem dan contact op met de advocaten van onze sectie Arbeidsrecht.

Het bericht Een val van 13 meter; Strafrecht en de... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Wie moet het corona-toegangsbewijs bij sporten... https://devoort.nl/en/uncategorized/wie-moet-het-corona-toegangsbewijs-bij-sporten-controleren/ Mon, 08 Nov 2021 16:13:15 +0000 http://www.devout.nl/?p=6140 Vanaf zaterdag 6 november gelden er aangescherpte corona-maatregelen. Eén van die maatregelen is dat sportbeoefening (binnen) enkel is toegestaan als […]

Het bericht Wie moet het corona-toegangsbewijs bij sporten... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Vanaf zaterdag 6 november gelden er aangescherpte corona-maatregelen. Eén van die maatregelen is dat sportbeoefening (binnen) enkel is toegestaan als iemand een corona-toegangsbewijs (CTB) kan tonen. Veel sportverenigingen huren echter een accommodatie. Zijn zij verantwoordelijk voor de controle van het corona-toegangsbewijs bij sporten of is dat degene van wie de zaal of het zwembad wordt gehuurd?

Wat zegt de wet?

De coronamaatregelen zijn vastgelegd in de ‘Tijdelijke regeling maatregelen covid-19’. Met de nieuwe maatregelen wordt die regeling gewijzigd. Ten aanzien van sport wordt meer specifiek een nieuw artikel ingevoerd:

“Artikel 4.4 Sportlocaties en coronatoegangsbewijzen

1. Een locatie voor de beoefening van sport wordt slechts voor publiek opengesteld, indien de beheerder er zorg voor draagt dat, met inachtneming van artikel 6.30:

a. publiek alleen wordt toegelaten met een geldig coronatoegangsbewijs;

b. het vereiste van een geldig coronatoegangsbewijs en geldig identiteitsdocument duidelijk zichtbaar en leesbaar voor het publiek en een toezichthouder is aangegeven bij de toegang tot de locatie voor de beoefening van sport.

2. In afwijking van het eerste lid, aanhef en onder a, mogen personen tot en met zeventien jaar zonder geldig coronatoegangsbewijs toegelaten worden, met dien verstande dat bij sportwedstrijden van topsporters, slechts personen tot en met twaalf jaar zonder geldig coronatoegangsbewijs en personen tot en met dertien jaar zonder geldig identiteitsbewijs toegelaten mogen worden.

3. In dit artikel wordt verstaan onder topsporters:

(…).”

Hierin wordt dus bepaald dat de beheerder zorg moet dragen voor de naleving van de maatregelen. Wie is de beheerder van een sportaccommodatie? Ook dat is bepaald in de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19. Namelijk in art. 1.1.:

“beheerder: degene die bevoegd is tot het aan een plaats treffen van voorzieningen of tot het toelaten van personen tot die plaats.”

Sportverenigingen die zelf de accommodatie in beheer hebben, doordat zij bijvoorbeeld eigenaar zijn of permanent zelf verantwoordelijk zijn voor het ‘beheer’ van de accommodatie, zijn dus aan te merken als ‘beheerder’. Zij zijn zelf verantwoordelijk voor de controle van het corona-toegangsbewijs bij sporten. Uit de brief van de minister blijkt dat de huurder iemand anders kan zijn dan de beheerder.[1] Sportverenigingen die op bepaalde tijdstippen een zaal of zwembad huren dat onderdeel uitmaakt van een complex en waar de rest van de tijd anderen gebruik van maken kunnen naar mijn mening niet als beheerder worden aangemerkt. Zij zijn in principe dus niet zelf verantwoordelijk voor het controleren van de CTB’s van bezoekers.

Besloten plaats?

De CTB-plicht geldt niet voor besloten plaatsen. Ook niet als daar sport wordt beoefend. Dat blijkt (onder meer) uit de toelichting bij de voorgestelde wijziging:

“Het gaat hier om een voorwaarde voor de openstelling van een publieke plaats als bedoeld in art. 58a, eerste lid, Wpg. Enerzijds betekent dit, kort gezegd, dat niet in een handomdraai een locatie voor sportbeoefening kan worden omgezet van een publieke in een besloten plaats, waar de CTB-plicht niet geldt. Anderzijds betekent dit dat voor toegang tot werkelijk besloten sportlocaties, zoals bijvoorbeeld voor gedetineerden in de penitentiaire inrichting waar zij verblijven, geen CTB-plicht geldt op grond van deze regeling.”[2]

Hier wordt het een beetje onduidelijk. Volgens de Wpg (Wet publieke gezondheid) is een besloten plaats een andere plaats dan een openbare of publieke plaats. Een openbare plaats is een plaats die ‘krachtens bestemming of vast gebruik openstaat voor het publiek’.[3] Een publieke plaats is een ‘voor het publiek openstaand gebouw’.[4] Je kunt erover discussiëren of een ruimte gehuurd door een sportvereniging – waar alleen leden van gebruik mogen maken – nog een publieke locatie is of niet. De geest van de regeling wijst in de richting dat deze plaatsen door de wetgever ook als openbare locatie worden gezien.

Conclusie

Sportverenigingen die zelf beheerder zijn van een accommodatie dragen ook zelf de verantwoordelijkheid voor de controle van het corona-toegangsbewijs bij sporten. Sportverenigingen die (een deel van) een accommodatie huren hoeven dat in principe niet te doen. Het is in die gevallen raadzaam om in overleg te gaan met de beheerder van de accommodatie om tot een werkbare oplossing te komen. 

Let op: soms kunnen lokale regelingen van de verschillende Veiligheidsregio’s andere regels bevatten!


[1]           Kamerstukken II 2021-2022, 25 295, nr. 1468, p. 87.

[2]           Kamerstukken II 2021-2022, 25 295, nr. 1468, bijlage Regeling van 2 november 2021 tot wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 in verband houdende wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 in verband met de verbrede inzet van coronatoegangsbewijzen en een uitbreiding van de mondkapjesverplichting

[3]           Art. 58a lid 1 Wpg jo. art. 1 lid 1 Wet openbare manifestaties.

[4]           Art. 58a lid 1 Wpg jo. art. 174 lid 1 Gemeentewet.

Het bericht Wie moet het corona-toegangsbewijs bij sporten... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
UITNODIGING Onderweg Naar Huis Bijeenkomst... https://devoort.nl/en/uncategorized/uitnodiging-onderweg-naar-huis-bijeenkomst-arbeidsrecht/ Tue, 17 Aug 2021 14:39:33 +0000 http://www.devout.nl/?p=5732 Op 21 september a.s. organiseert de sectie arbeidsrecht weer een onderweg naar huis bijeenkomst. Het onderwerp betreft de actualiteiten in […]

Het bericht UITNODIGING Onderweg Naar Huis Bijeenkomst... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Op 21 september a.s. organiseert de sectie arbeidsrecht weer een onderweg naar huis bijeenkomst. Het onderwerp betreft de actualiteiten in het arbeidsrecht. Door hier te klikken komt u terecht bij de uitnodiging.

Aanmelden kan via: arbeidsrecht@devoort.nl

Het bericht UITNODIGING Onderweg Naar Huis Bijeenkomst... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Tijdelijke wet verlenging tijdelijke... https://devoort.nl/en/uncategorized/tijdelijke-wet-verlenging-tijdelijke-huurovereenkomsten-in-werking-getreden/ Tue, 28 Apr 2020 22:00:00 +0000 https://devoort.nl/uncategorized/tijdelijke-wet-verlenging-tijdelijke-huurovereenkomsten-in-werking-getreden/ Eerder berichtten wij u al over het (toen nog) wetsvoorstel ‘Tijdelijke wet verlenging tijdelijke huurovereenkomsten’. Nadat zowel de Tweede Kamer […]

Het bericht Tijdelijke wet verlenging tijdelijke... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Eerder berichtten wij u al over het (toen nog) wetsvoorstel ‘Tijdelijke wet verlenging tijdelijke huurovereenkomsten’. Nadat zowel de Tweede Kamer als de Eerste Kamer akkoord waren, is de wet door de Koning ondertekend en is de wet 24 april jl. gepubliceerd in het Staatsblad. Daarmee is de wet met terugwerkende kracht per 1 april 2020 in werking getreden. De wet regelt – kort gezegd – de mogelijkheid om tijdelijke huurovereenkomsten voor woonruimte tijdelijk te verlengen in verband met de coronacrisis. In eerste instantie heeft de wet gelding tot 1 september 2020, maar deze is nog éénmaal te verlengen. De wet kent verschillende ‘haken en ogen’ voor zowel huurders als verhuurders, zoals de wijze waarop en termijn waarbinnen een verlengingsverzoek of weigering van een verlenging moeten worden gedaan. Mocht u vragen hebben over toepassing van de wet in uw situatie dan staan wij u graag met raad en daad bij.

Het bericht Tijdelijke wet verlenging tijdelijke... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Eindejaarsspecial medezeggenschap https://devoort.nl/en/uncategorized/eindejaarsspecial-medezeggenschap-3/ Mon, 16 Dec 2019 23:00:00 +0000 https://devoort.nl/uncategorized/eindejaarsspecial-medezeggenschap-3/ Het einde van het jaar is in zicht. Het is tijd om terug te blikken op 2019 en om voorbereid […]

Het bericht Eindejaarsspecial medezeggenschap verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Het einde van het jaar is in zicht. Het is tijd om terug te blikken op 2019 en om voorbereid 2020 in te gaan. Wat is er afgelopen jaar gebeurd in de wereld van het medezeggenschapsrecht? En wat komt er aan? Ga up-to-date en feestelijk het nieuwe jaar in met de eindejaarsspecial van de sectie medezeggenschapsrecht.

Wij wensen u een fijne kerst en een uitblinkend 2020!

Sectie medezeggenschapsrecht De Voort Advocaten I Mediators

Het bericht Eindejaarsspecial medezeggenschap verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Schorsing van de WOR-bestuurder: adviesplichtig? https://devoort.nl/en/uncategorized/schorsing-van-de-wor-bestuurder-adviesplichtig/ Sun, 15 Dec 2019 23:00:00 +0000 https://devoort.nl/uncategorized/schorsing-van-de-wor-bestuurder-adviesplichtig/ Schorsing van de WOR-bestuurder: adviesplichtig? JAR Annotatie bij Gerechtshof Amsterdam (OK) 21 maart 2019, JAR 2019/179 Art. 30 WOR bepaalt […]

Het bericht Schorsing van de WOR-bestuurder: adviesplichtig? verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Schorsing van de WOR-bestuurder: adviesplichtig?

JAR Annotatie bij Gerechtshof Amsterdam (OK) 21 maart 2019, JAR 2019/179

Art. 30 WOR bepaalt dat de ondernemingsraad advies mag uitbrengen over elk door de ondernemer voorgenomen besluit tot benoeming of ontslag van de WOR-bestuurder. De Ondernemingskamer overweegt voor het eerst dat een voorgenomen schorsing van een bestuurder niet adviesplichtig is. Wij plaatsen enkele kanttekeningen bij deze overweging.

Art. 30 WOR in een notendop

Eerst terug naar de basis. De WOR kent een eigen begrippenkader. Art. 1 lid 1 sub e WOR bevat de definitie van bestuurder: hij die alleen dan wel te zamen met anderen in een onderneming rechtstreeks de hoogste zeggenschap uitoefent bij de leiding van de arbeid. Een WOR-bestuurder hoeft geen vennootschapsrechtelijke bestuurder te zijn of andersom. Het kan zelfs een filiaalleider zijn. Het zijn de feitelijke omstandigheden in de onderneming die bepalen wie de bestuurder is (<<JOR>> 2010/268).

Uit het voorgaande volgt reeds dat de begrippen ‘benoeming’ en ‘ontslag’ in de WOR een andere inhoud hebben dan in het rechtspersonenrecht. Voor ‘benoeming’ is irrelevant wat in de verhouding van de ondernemer tot de bestuurder de juridische grondslag is. ’Onder benoeming valt immers niet alleen het in dienst treden, maar ook de functiewijziging die tot de status van bestuurder leidt,’ aldus de parlementaire stukken (Kamerstukken II 1985/86, 18980, nr. 5). Ook herbenoeming valt onder de reikwijdte van art. 30 WOR, evenals de benoeming van interim-bestuurders (zie bv. L.G. Verburg, Rood’s Wet op de ondernemingsraden, 2013, p. 397 en F.G. Laagland, Sdu commentaar artikel 30 WOR (online), 2018). Met andere woorden: de ondernemingsraad heeft adviesrecht over het voornemen van de ondernemer iemand de functie van bestuurder in de onderneming te geven (in termen van art. 30 WOR: ‘benoemen’) of iemand die functie te ontnemen (in termen van art. 30 WOR: ‘ontslaan’). Met ‘ontslag’ wordt namelijk gedoeld op de keerzijde van benoeming. Zodra de WOR-bestuurder onvrijwillig de hoogste zeggenschap bij de leiding van de arbeid in de onderneming verliest, is sprake van ontslag als WOR-bestuurder (Kamerstukken II 1975/76, 13 954, nr. 3). Ook wanneer dat niet gepaard gaat met vennootschapsrechtelijk ontslag of beëindiging van de dienstbetrekking.

Schorsing van een WOR-bestuurder: adviesplichtig?

De Ondernemingskamer overweegt in onderhavige uitspraak dat een voorgenomen schorsingsbesluit niet onder de reikwijdte valt van het wettelijke medezeggenschapsrecht. Hoewel de wetgever te kennen heeft gegeven dat een schorsing an sich inderdaad niet onder het ‘ontslag-begrip’ van art. 30 WOR valt (Kamerstukken II 1985/86, 18980, nr. 5), had een motivatie onzes inziens wel in de rede gelegen. Het tegengestelde kan namelijk ook worden betoogd.

Een schorsing betekent de facto het ontnemen van de taak van WOR-bestuurder. Dat dit tijdelijk is, hoeft niet te betekenen dat de ondernemingsraad buiten spel staat. Zo is het benoemen van een interim-bestuurder wél adviesplichtig. Volgens kantonrechter Leeuwarden had de ondernemingsraad dan ook vooraf om advies moeten worden gevraagd over het besluit om een interimmer bij ontstentenis of belet van de formele WOR-bestuurder circa drie maanden de hoogste zeggenschap bij de leiding van de arbeid te laten uitoefenen (<<JOR>> 2017/4). Dat de tijdelijk WOR-bestuurder slechts beperkte volmacht had en waarnemer was, doet niet ter zake. Verburg is het blijkens zijn annotatie met dit oordeel eens, en wij zijn dat ook. De WOR kent voor het (niet-)zijn van WOR-bestuurder geen minimale duur.

Als een tijdelijke benoeming adviesplichtig is, waarom dan een tijdelijk ‘ontslag’ niet? Het wél bestaan van een adviesrecht past bij het doel en de achtergrond ervan, namelijk het verschaffen van invloed aan de ondernemingsraad over degene die in vergaande mate de interne gang van zaken, de werkverhoudingen en de sfeer in de onderneming bepaalt, over degene die zijn gesprekspartner is (Kamerstukken II 1975-1976, 13 954, nr. 3, p. 47).

In gevallen waarin eerst het feitelijke voornemen tot ontslag bestaat en om die reden wordt geschorst, is de schorsing sowieso onderdeel van het voorgenomen ontslagbesluit. Schorsing is dan de uitvoering van dit voornemen (zie ook L.C.J. Sprengers, Tekst en commentaar arbeidsrecht, Deventer: Kluwer 2018). De schorsing is dan reeds als onderdeel van het voorgenomen ontslag een adviesplichtig besluit en dus moet dan vooraf om advies worden gevraagd. De Eneco-uitspraak (<<JAR>> 2018/217) bevestigt dat de ondernemingsraad om advies moet worden gevraagd over het voorgenomen feitelijke ontslagbesluit, hetgeen ook past binnen de rechtspraak omtrent art. 25 WOR. De Ondernemingskamer achtte het in de Eneco-zaak aannemelijk dat de raad van commissarissen het voorgenomen besluit had genomen de bestuurder te ontslaan, omdat hij unaniem tot de conclusie was gekomen dat hij geen vertrouwen meer had in de bestuurder en besloten had die boodschap aan hem over te brengen. De ondernemingsraad moest om advies worden gevraagd, ook al was er nog geen formeel ontslagbesluit. Zoals Sterk ook aangeeft: het is niet relevant hoe stellig het voornemen is: ‘De WOR vereist louter dat het tot ontslag bevoegde orgaan een ‘voornemen’ heeft de bestuurder te vervangen en niet dat het voornemen al zo stellig vaststaat dat de facto al geen andere uitkomst meer mogelijk is dan een beëindiging. Het is zelfs de vraag of in dat laatste geval nog wel wezenlijke invloed van de ondernemingsraad op het voorgenomen besluit mogelijk is.’ (S.J. Sterk, ‘Het OR-adviesrecht bij bestuursontslag na Eneco: (on)afwendbaar?’, TAP 2019/1).

Slot

Dat een voorgenomen schorsing nimmer tot het adviesimperium van de ondernemingsraad behoort is naar onze mening onjuist. Sterker nog, het tegenovergestelde kan worden betoogd. Ondernemingsraden staan vanwege deze uitspraak 1-0 achter, maar de race is nog niet gelopen.

Deze annotatie is gepubliceerd in Jurisprudentie Arbeidsrecht 2019/179. Klik hier voor de volledige publicatie.


Het bericht Schorsing van de WOR-bestuurder: adviesplichtig? verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Wijziging faillissementswet relevantie voor... https://devoort.nl/en/uncategorized/wijziging-faillissementswet-relevantie-voor-huurrecht/ Wed, 11 Dec 2019 23:00:00 +0000 https://devoort.nl/uncategorized/wijziging-faillissementswet-relevantie-voor-huurrecht/ In de zomer van 2019 is het Wetsvoorstel Homologatie Onderhands Akkoord (“WHOA”) ingediend bij de Tweede Kamer. De WHOA biedt […]

Het bericht Wijziging faillissementswet relevantie voor... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
In de zomer van 2019 is het Wetsvoorstel Homologatie Onderhands Akkoord (“WHOA”) ingediend bij de Tweede Kamer. De WHOA biedt ondernemingen die in zwaar weer verkeren een laatste redmiddel om een faillissement te voorkomen. Voorwaarde voor toegang tot de WHOA is dat de onderneming in een toestand verkeert waarin het redelijkerwijs aannemelijk is dat zij met het betalen van haar schulden niet zal kunnen voortgaan. In dat geval kan de onderneming de rechter verzoeken om een dwangakkoord goed te keuren (te ‘homologeren’). De rechter kan daartoe ook overgaan indien niet alle schuldeisers en aandeelhouders van de onderneming daarmee hebben ingestemd. Bovendien kunnen via het dwangakkoord naast bestaande schulden ook toekomstige verplichtingen die voortvloeien uit lopende wederkerige overeenkomsten worden geherstructureerd. Eén van de overeenkomsten die vaak problematisch blijkt te zijn voor een onderneming die in zwaar weer verkeert, is de huurovereenkomst. Ik zal in deze bijdrage stilstaan bij de gevolgen die de WHOA voor verhuurders kan hebben op een lopende huurovereenkomst.

Het bericht Wijziging faillissementswet relevantie voor... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Annotatie over totstandkoming... https://devoort.nl/en/uncategorized/annotatie-over-totstandkoming-beindigingsovereenkomst-genomineerd-voor-beste-arbeidsrechtartikel-2019/ Sun, 17 Nov 2019 23:00:00 +0000 https://devoort.nl/uncategorized/annotatie-over-totstandkoming-beindigingsovereenkomst-genomineerd-voor-beste-arbeidsrechtartikel-2019/ Wanneer komt een beëindigingsovereenkomst tot stand? In de rechtspraak waren tot maart 2019 twee stromen te onderscheiden; de beëindigingsovereenkomst komt […]

Het bericht Annotatie over totstandkoming... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>
Wanneer komt een beëindigingsovereenkomst tot stand? In de rechtspraak waren tot maart 2019 twee stromen te onderscheiden; de beëindigingsovereenkomst komt tot stand op het moment dat partijen een handtekening hebben gezet of hij komt tot stand op het moment dat over de essentialia overeenstemming is bereikt. Karen Maessen en Dennis Schwartz schreven in hun annotatie onder de uitspraak van kantonrechter Zwolle van 12 maart 2019 dat er een derde stroming valt te ontwaren. Hun annotatie is recent genomineerd voor de Magna Charta publieksprijs voor beste arbeidsrecht artikel van 2019. Lees hier het artikel.

Het bericht Annotatie over totstandkoming... verscheen eerst op De Voort Advocaten | Mediators.

]]>