Op 18 juni 2021 besloot de Ministerraad dat hybride werken voortaan als uitgangspunt zal gelden voor werken bij het Rijk. Dit betekent dat in de toekomst er sprake zal zijn van verplicht deels thuis werken, deels op kantoor of elders. Het Rijk staat in dit besluit niet alleen. Steeds meer overheden, semioverheden en commerciële ondernemingen schakelen over op het hybride werken. Hierna zoom ik in op enkele juridische aspecten van het hybride werken.
Thuiswerken, plaatsonafhankelijk werken, op locatie werken, in het buitenland werken (workaction), eigentijds werken en nu: hybride werken. Al deze varianten op het kantoorgebonden werken komen steeds meer voor. Wanneer de aard van de werkzaamheden het toestaan, het past bij de cultuur van een organisatie en de persoonlijke wensen en voorkeuren van werknemers erbij aansluiten, vormen deze varianten kansen voor een organisatie. Kansen om de werk-privé balans goed te houden, om minder vierkante meters nodig te hebben en om makkelijker nieuw personeel (dat verder weg kan wonen) aan te trekken of te behouden. Naast voordelen voor de organisatie en het individu, zijn er maatschappelijke voordelen: minder drukte in OV en op snelwegen, CO2-reductie en mogelijk minder stress en burn out klachten.
Juridisch zijn er veel onderwerpen die extra aandacht verdienen door deze ontwikkelingen: arbeidsomstandigheden, controle op afstand, digitale vaardighedenontwikkeling, privacy en beveiliging, reiskostenvergoedingen of thuiswerkvergoedingen, aanpassingen in de RI&E, faciliteitenmix bij indiensttreding, gevolgen bij uitdiensttreding en de aanpassing van protocollen of zelfs de arbeidsovereenkomst. Het is afhankelijk van veel facetten wat er bij invoering van het hybride werken nog moet worden geregeld. Denk aan de soort onderneming en werkzaamheden, de omvang van de organisatie en aan wat er al geregeld was voor de invoering van hybride werken.
Daarbij komen nieuwe facetten aan het licht waar werkgevers niet altijd het antwoord op hebben: mogen werknemers verplicht worden bepaalde dagen thuis te werken (in elke woon- of thuissituatie)? Mogen werknemers verplicht worden twee specifieke dagen in de week op kantoor te komen werken voor bijeenkomsten en overleg (ook als dat al jaren de thuiswerkdag van de werknemer is)? Kunnen er rechten ontstaan op thuiswerken voor alle werknemers, wanneer dit voor een deel van de werknemers wordt toegestaan? Dient de ondernemingsraad betrokken te worden bij beleid rondom hybride werken? Kan de cao van invloed zijn op het in te voeren beleid? Zijn er fiscale consequenties? Betekent hybride werken ook kunnen werken buiten de standaard werktijden? Moeten werknemers waarvan de reistijd als werktijd gezien werd nu meer uren werken?
Deze blog kent onvoldoende tekens om al deze onderwerpen uit te diepen. De onderwerpen en vragen bieden wel een eerste aanzet om voor de eigen organisatie een analyse te maken van wensen en mogelijkheden. In augustus 2021 zal een gratis update verschijnen van mijn gratis boekje over hybride werken. Daarin is wel ruimte om op de onderwerpen en vragen in te gaan. Interesse? Mail dan nu alvast naar s.jansen@devoort.nl Dat kan eveneens als vragen niet kunnen wachten.
Op 21 september in de middag organiseert de sectie arbeidsrecht een gratis kennissessie Actualiteiten Arbeidsrecht waar het hybride werken een van de onderwerpen zal zijn. Interesse om deel te nemen? Ook dan kun je een mailtje sturen.